03 feb 2021
Nadat eerder Machinefabriek Poot al uitgebreid werd geïnterviewd is dit keer een ander OVSP-lid aan de beurt in het ‘Made in 010’ item van het Algemeen Dagblad, regio Rotterdam. Opnieuw een bewijs dat er veel bijzondere ondernemingen in onze polder zijn gevestigd en opnieuw een interessant interview. Onderstaand een samenvatting van het AD-artikel;
Nils Clement (47) maakt met Euro Caps koffiecupjes voor bedrijven. Ze hebben een net iets andere inhoud en merknaam, maar komen allemaal uit dezelfde fabriek. Een cupje van de Lidl past bijvoorbeeld net zo goed in een Nespresso-apparaat als die van het merk zelf. Ineens zit er een Rotterdams tintje aan zo’n Lidl-cupje. Met alle gevolgen vandien.
Het kantoor en de fabrieken van Euro Caps staan nabij de Spaanse Polder (aan de Sevillaweg en Mijestraat). Dit is de locatie, waar het negen jaar geleden allemaal begon. Nu, een klein decennium later, is er veel veranderd voor het bedrijf dat onverminderd doorgroeit. Maar dat het zonder slag of stoot is gegaan? Nee, dat niet.
Het is begin 2012 als Nils Clement samen met een paar anderen het idee krijgt een alternatief koffiecupje voor andere bedrijven, zoals supermarktketens, te creëren. Met een ‘we gaan het gewoon doen’-mentaliteit gaan zij de strijd aan met marktleider Nespresso. Dat blijkt echter gemakkelijker gezegd dan daadwerkelijk gedaan.
“We hadden geen idee hoe we het moesten doen, want we konden niet bij hen in de keuken kijken”, vertelt directeur en mede-oprichter Clement. Met tien jaar werkervaring bij Starbucks weet hij genoeg van de koffiemarkt af, daar niet van. Maar een eigen product maken, is iets anders.
Slapen
,,Je kunt de markt wel begrijpen, maar dat betekent niet dat je weet hoe je goede koffie maakt.” Ze draaien zoveel uren, dat ze soms op de bonenzakken tussen de machines slapen om zo minder tijd te verliezen. Een paar maanden later vervalt het cupjespatent van Nespresso. Dan krijgt Clement vrij spel en eind oktober 2012 is het dan zover: Euro Caps lanceert een eigen koffiecupje voor andere merken, die past in de Nespresso-apparaten. Een zogeheten private label.
Alleen, een paar maanden later gaat het alweer van de markt af. De reden: de cups werken in het buitenland niet. ,,In Duitsland bijvoorbeeld was er dan net één dingetje aan de machine anders.”
Op z’n Rotterdams
Met de Rotterdamse mentaliteit van ‘niet lullen maar poetsen’ weten ze hun product aan te passen. Bijna een jaar later brengen ze een nieuwe variant uit. Ditmaal met meer succes. Door de (nog steeds) groeiende koffieconsumptie schiet de productie door het dak heen.
Clement, met trots: ,,We hadden toen als streven om honderd miljoen cups per jaar te verkopen. Dat werd al snel per maand.”
Nu, negen jaar later, is Euro Caps van een handjevol medewerkers naar zo’n driehonderd gegaan. Allemaal werken zij in één van de twee fabrieken in Rotterdam van zo’n zesduizend vierkante meter grootte. Ook maken ze sinds 2016 cupjes voor de machines van die andere grote jongen, Dolce Gusto. Per dag rollen er ruim drie miljoen stuks van de band.
Derde fabriek
Met een verkoop in meer dan veertig landen, van Australië tot Zuid-Amerika, is dit Rotterdamse bedrijf uitgegroeid tot een van de grootste private label spelers. Een derde fabriek, die nog groter is dan de andere twee, komt er dit jaar nog eens bij.
,,Ik had nooit gedacht dat we zo hard zouden groeien. Dat hebben we wel gedaan – met veel fouten maken, daarvan leren en keihard blijven werken.”
Voor wie denkt dat er veel verschil zit tussen een cupje van Euro Caps of eentje van Nespresso heeft het mis. ,,In 2014 wonnen we de prijs voor ‘Beste Koop’ en ‘Beste uit de test’ van de Consumentenbond. We wonnen het van Nespresso”, lacht Clement.
Het volledige artikel staat online op AD Rotterdam