Sluit menu

‘Je moet mensen met elkaar verbinden’

01 jul 2013

‘Je kunt wel goed werk afleveren, maar als niemand het weet, heb je er nog niets aan’. Een belangrijke les die Richard Jongste, directeur van familiebedrijf Maasmond, van zijn vader leerde. ‘Zeker in slechte tijden is het goed om een degelijk netwerk te hebben en krachten te bundelen.’

De geschiedenis van Maasmond gaat terug tot 1898 en krijgt een ferme impuls als Jan Jongste in 1960 het Kralingse schildersbedrijf C. Knegt overneemt. Onder de naam Maasmond weet hij het bedrijf succesvol uit te bouwen. In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw wordt het dienstenpakket uitgebreid met stoffering, zonwering, projectinrichting en een gordijn­atelier. ‘Een allround projectinrichting- en vastgoedzorgbedrijf met vestigingen in Rotterdam, Utrecht, Leeuwarden en Bergen op Zoom’, licht Richard Jongste toe, die in 1981 de zaak van zijn vader overnam. ‘Mijn vader was overleden, ik was de oudste, dus dat was een logische stap. Mijn broer Hans is mede-eigenaar.’

Nooit spijt

Sinds 1985 is het bedrijf gevestigd in de Spaanse Polder. ‘De bereikbaarheid in Kralingen, waar we eerst zaten, liet te wensen over omdat we uit ons jasje waren gegroeid. De vrachtwagens die al het materiaal kwamen aanleveren, blokkeerden de smalle straten van de woonwijk. We hebben destijds verschillende panden bekeken, maar gekozen voor dit pand aan de Linschotenstraat. Het is 2.500 m2 groot en biedt genoeg ruimte voor kantoor, opslag, een gordijnatelier en een showroom. Bovendien was voor een redelijke prijs te koop omdat het al vijf jaar leeg stond. We hebben er nooit spijt van gehad.’

Draaiend houden

Vanuit de Spaanse Polder is het bedrijf zich meer en meer gaan richten op grote zakelijke klanten, vooral in de vastgoedsector. ‘Een robuust netwerk is van groot belang bij het gunnen van opdrachten’, weet Jongste, die onder andere lid is van de Rotterdamsche Manège, deel uitmaakte van het bestuur van het Concours Hippique International Officiel (CHIO) en bestuurslid is van de Rotterdamse tak van VNO-NCW. ‘Ook daar gaat het om het onderhouden van contacten en netwerken. VNO-NCW Rotterdam is een invloedrijke regionale netwerkorganisatie voor ondernemers. We proberen we de regionale economie draaiend te houden en economische processen te bevorderen. We organiseren bijeenkomsten en activiteiten voor specifieke groepen. Zoals het VrouwenNetwerk, het HRM Expert Netwerk, Zorgpower en Bouwpower.’

Creatieve oplossingen

Het is geen geheim dat de bouwsector klappen heeft gekregen. ‘Ook Maasmond ontkomt niet aan de nadelige gevolgen van de crisis. Het volume in de vloerbedekkingtak bijvoorbeeld, is meer dan gehalveerd. Verder komen er vanuit de overheid weinig opdrachten en is er relatief weinig nieuwbouw. Zeker in deze tijden moet je mensen met elkaar verbinden. De verbinding tussen bedrijfsleven en overheid moet de aanjager zijn van onze economie. Ondernemers moeten zich naast hun werk meer gaan inzetten op het maatschappelijk vlak en zich mengen in maatschappelijke problemen en zorgen dat er een positieve uitstraling komt naar de buitenwereld.

Watertaxi

‘Vanuit VNO-NCW lobbyen we ook voor de Spaanse Polder, waarbij we de nadruk leggen op de ontwikkeling van het bedrijventerrein, een goede bereikbaarheid en een betere aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. We voeren daartoe gesprekken met de gemeente Rotterdam. Het is belangrijk dat de kwaliteit van het bedrijventerrein op peil blijft, dat we verpaupering tegengaan.’ Jongste ziet wel wat in meer parkjes, zodat medewerkers tussen de middag naar buiten kunnen en vaker medewerkers van andere bedrijven kunnen ontmoeten. ‘Ook zie ik kansen voor goede eetgelegenheden waar je voor ondernemers bijvoorbeeld bijeenkomsten kunt organiseren. Verder zou ik een halte voor de watertaxi een goede investering vinden. Hierbij ontstaat ook een verbinding naar de Maas en de binnenstad.’

Lange termijn

Bepaalde vormen van parkmanagement ziet Jongste ook wel zitten. ‘Al is dat in deze tijd lastig te realiseren. Als een ondernemer tussen twee goed beveiligde panden gehuisvest is, snap ik dat een hij niet staat te springen om mee te betalen aan een gezamenlijk beveiligingsplan. Aan de andere kant komen we nergens met het ‘ik-denken’ of het kiezen voor de goedkoopste oplossingen. Dat fenomeen doet zich bij ons ook voor. Een aantal van onze klanten kijkt over de grens omdat het daar voordeliger kan. Toch komen ze weer naar ons terug omdat er allerlei details niet altijd kloppen. Al met al zijn ze dan duurder uit. Kortetermijndenken of denken in snel-geld-maken zul je bij familiebedrijven niet snel tegenkomen. Wij houden altijd het voortbestaan van het bedrijf in gedachten en geloven in continuïteit, samenwerking en in langetermijneffecten. En in netwerken: als je maar genoeg pannetjes op het vuur hebt staan, gaat er altijd wel een koken.’